FT na een artroscopische subacromiale decompressie.
Fysiotherapeuten richtlijn 1.
1. Algemeen
Voor doelen en leefregels zie informatie voor patiënten. Sling/ Immobilizer: eerste 2 weken.
Kenmerken
Een impingement ontstaat niet uit zichzelf; weliswaar is de patiënt uiteindelijkgeopereerd vanwege structurele veranderingen die passen bij een primair impingement maar dat neemt niet weg dat vaak sprake is van ongunstige prognostische factoren die passen bij een secundair impingement. Om de kans op een aanhoudend goed resultaat te vergroten is opheffen / verminderen van gestoorde functies tijdens de po revalidatie sterk aan te bevelen. Dus: na een positief onderzoek zijn versterking van de kracht van de RC, opheffen van een dorsale kapsel contractuur of versterken van de scapula opwaarts rotatie zinvolle doelstellingen. Anders zou de kop weer naar craniaal schuiven en zou later opnieuw een impingement kunnen ontstaan.
Een voordeel van de artroscopische decompressie is dat de chirurg tevens de ‘ongerechtigheden’ in het gewricht inspecteert en kan behandelen; een nadeel is dat door het openen van het gewricht tijdelijk de subatmosferische druk wegvalt en daardoor de stabiliteit tijdelijk vermindert. Hoewel het herstel op korte termijn een klein voordeel voor de artroscopie laat zien (de fasen volgen elkaar meestal iets sneller op); zijn in grote studies op middellange en lange termijn geen verschillen tussen gesloten en open operaties aantoonbaar.
2. Revalidatieschema
Fase 0: Pre operatief
Vaststellen actieve en passieve ROM.
Vaststellen kracht abductie en exorotatie (handdynamometer).
Scoren van de SST en de CMS.
Zoals boven aangegeven is het zinvol vast te stellen welke oorzakelijke factoren betreffende de impingement klachten aanwezig zijn.
Geven van uitleg aan de patiënt over te verwachten po beloop.
Fase 1: 0 – 6 weken na de ingreep
In deze fase ligt de nadruk op respecteren van de gevolgen van de operatie. Doelen: het verminderen van pijn en inflammatie en op het conditie behoud van omliggende orgaansystemen (CWK, TWK, elleboog, pols , hand). Realiseren van een goed gepositioneerde en stabiele scapula (zo nodig verder in de keten: LWK, onderste extremiteiten). Verbeteren revalidatie inzicht van patiënt. Daarna: realiseren van procesmatig herstel van de ROM en op aangepast functioneren in ADL.
Acties 0-3 weken na de operatie
In week 1-2: score SST-PO (eventueel SPADI).
Oefenen elleboog-, pols- en handfunctie
Passief oefenen aangedane schouder m.b.v. andere gezonde arm
Slinger- en pendeloefeningen
Indirect mobiliseren door vanuit h+k stand met de heupen naar achteren te bewegen(eerst in de scaptie); ook mogelijk m.b.v. PVC buis
Mobiliseren / stabiliseren cervicale wervelkolom
Voorzichtig actief oefenen is toegestaan, als het maar niet pijnlijk is
Doorgaan met acties 0 – 3 weken na ingreep: slinger- en pendeloefeningen
U mag alle bewegingen van de arm weer zelf maken: actief oefenen alle richtingenbinnen pijngrens
Elevatie uitvoeren in exorotatie om te voorkomen dat tuberculum majus vastloopt tegenhet acromion; eventueel m.b.v. schouderkoord of PVC buis
Isometrisch oefenen rotator cuff (= spier activatie) met weerstand andere arm of theraband;
daarna: oefenen duurkracht bijvoorbeeld m.b.v. pulley / halters (3 series van 12-20 hh per serie dienen op juiste wijze te worden uitgevoerd)
Oefeningen voor een goede positie van het schouderblad op de romp
Opnieuw aanleren van het bewegingsgevoel van de schouder;
Controle en eventueel correctie bewegingspatronen
Zo nodig actief oefenen in de keten met stabilisatie LWK / benen
Indien nodig: start rekking posterieure kapsel
Rond week 6: score SST-PO (eventueel SPADI) en CMS; verslag aan orthopeed
Groene vlaggen voor overgang naar fase 2
Ontstekingsverschijnselen / pijn in rust zijn afwezig
De operatiewond op de huid is goed genezen
Voldoen aan de criteria voor herstel ROM (dus: goede (geleid) actieve ROM)
Actief bewegen wordt kwalitatief goed uitgevoerd met napijn VAS ≤ 3
Scores op SST-PO en CMS (> 60 punten) zijn toegenomen
Bij Yocum test kan patiënt elleboog makkelijk tot schouderhoogte heffen
Fase 2: 7-12 weken na de ingreep
In deze fase ligt het accent op het vervolmaken van de optimale ROM, het herstel van de spierfunctie, coördinatie en stabiliteit. Daarna wordt gestart met functionele ADL en werk activiteiten. Hervatten van licht werk en onderhands sport (joggen) is mogelijk.
Acties:
Versterken van de RC en schouderspieren (van duur >> absolute kracht)
2 series van 8-12 HH dienen te leiden tot vermoeidheid
naast local stabilisers ook deltoïd training m.b.v. pulley of halters
Eerst onder schouderhoogte; 2 weken later: boven schouderhoogte